Gedrag van de mortel
Geglazuurde stenen zijn verhoudingsgewijs hard: hakken van de stenen op locatie was geen optie. In het werkplan werd daarom opgenomen dat waar nodig de glazuurstenen gezaagd zouden moeten worden. Maar er waren ook andere uitvoeringsaspecten, die samenhangen met het gedrag van het metselwerk tijdens de verwerking. Buckens: ‘We hebben het gedrag van de mortel uitgebreid geanalyseerd: op kleur, op verwerkingsaspecten. Juist als het belangrijk is om een strak vlak – wij noemen dat het esthetische plaatje – te realiseren.’ Met een aantal proefmuren zijn belangrijke lessen geleerd. ‘Glazuurstenen nemen tijdens de verwerking weinig water op. Dat betekent dat je maar een bepaalde hoogte, afhankelijk van de weersomstandigheden, in één keer kan opmetselen. Ook die gegevens zijn opgenomen in het werkplan.
Just in time
Ook met proefmuren is getest hoe om te gaan met de mortel en het voegwerk. De dilataties zijn opgevangen met bezande kitvoegen (zie het interview met Alexander Pols). ‘In het project hebben we de glazuurstenen verwerkt met een doorstrijkmortel’, vertelt Buckens. ‘Na het doorstrijken van de voeg moet je snel daarna de glazuurstenen schoonmaken: dat is een secuur klusje dat just in time moet worden uitgevoerd. In de praktijk kost dit extra tijd voor de metselaar.’
En dan is er ook nog het Nederlandse weer. Tijdens het metselen moesten zware betonbanden tussen het metselwerk worden aangebracht met een montagekraan, waardoor het niet mogelijk was om een kap boven de steiger aan te brengen. Ook hier was de timing weer spannend. Buckens: ‘De weergoden waren ons goed gezind: het is vrijwel droog gebleven. Mede door de goede voorbereiding hebben we vrijwel geen stagnatie tijdens het metselen gehad.’